2 augustus 2025

 

De avondwandeling gisterenavond heeft plaatsgevonden.  Ik ben rond 22u vertrokken, want eerder was het nog veel te licht.  Ook om 10u was het nog niet volledig donker, maar dat kon ook niet want de maan stond aan de hemel en die reflecteert nog heel wat zonlicht.

’t Is wel redelijk speciaal, op stap moeten gaan met een zaklamp omdat er helemaal geen straatverlichting is op gans het eiland.  Natuurlijk is het net dat waardoor het eiland zijn “Dark Sky Island”-titel behaald heeft : geen lichtvervuiling, dus je ziet heel veel sterren.  Die zaklamp heb ik onderweg wel een paar keer nodig gehad want ten eerste was ik niet de enige die op dit uur op stap was maar ten tweede moet je op de zandwegen op Sark uitkijken dat je niet in paardenpoep trapt.  Ik ben tot aan en een stuk voorbij La Coupée gestapt. Van op La Coupée kan je aan de ene kant Guernsey zien liggen (St. Peter Port valt goed op … lichtvervuiling …), langs de andere kant kijk je naar Jersey en naar de Franse kust.  Geen idee welke kuststad er daar zoveel lichtvervuiling produceert maar je kan ze in zeker heel duidelijk zien liggen.

In ieder geval was het de moeite om zoveel sterren aan de hemel te kunnen zien.  Moest de maan er niet geweest zijn dan had ik nog veel meer sterren kunnen zien maar dit was al prachtig.  De enige keren dat de sterrenhemel nog prachtiger was, was tijdens nachtelijke overtochten van het Kanaal met de zeilboot.

O ja, by the way : ik heb net gelezen dat het Frans dat je hier overal ziet (in de namen van huizen en interessante plaatsen) eigenlijk helemaal geen Frans is maar Sercquiais.  Dit is een taal die nog maar door erg weinig mensen op het eiland gesproken wordt (maar de school doet wel pogingen om de taal levend te houden) en die van oorsprong een Normandisch dialect was van het Frans.  “Buon jur ! Cume ci’k t’e ?” (Hallo, hoe gaat het met u ?).  Voor een beetje meer uitleg kan je dit korte artikel lezen, over de kunst en taal van Sark.

Terug naar vandaag.  Vanochtend ontbeten we opnieuw in de tuin omdat het erg mooi weer was buiten.  Onze nieuwe gast, Phil, blijkt een regelmatige gast te zijn, hij komt al zowat twintig jaar op Sark en kent het eiland van binnen en van buiten.  Hij wist ook wel één en ander te vertellen over de geschiedenis van Sark.  Zo verbleef hij vroeger eens in een van de hotels van het eiland die toen eigendom waren de Barclay broers.  Als special treat mochten de gasten Brecqhou bezoeken.  Ze mochten alleen het huis niet in en mochten er geen foto’s van nemen.  Tegenwoordig is er helaas nog maar één echt hotel open op het eiland.  Toen de Barclays Brecqhou kochten hebben ze de boel op Sark serieus op stelten gezet.  Ze hebben, onder andere, veel huizen die zicht hadden op Brecqhou gekocht en daarna gewoon laten verkommeren.  Ze hebben ook heel wat hotels op het eiland opgekocht, waarvan de meeste ondertussen gesloten zijn of omgebouwd zijn tot B&B.

Op mijn wandeling vandaag ben ik in de voormiddag langs de Eperquerie en La Grève de La Ville gepasseerd.  Ik ben teruggekeerd langs the Avenue (op zoek naar een openbaar toilet) en wandelde tot aan The Old Hall, waar net een optreden aan de gang was.  Ik bracht even een bezoek aan de supermarkt en trok daarna naar Little Sark.

Onderweg naar daar wandelde Alistair voorbij – dit is de jongeman die Sue ’s ochtends vaak komt helpen in de B&B.  Ondertussen weet ik dat zijn naam Alistair Ogilvie is en dat hij ook kunstenaar is.  Hij heeft momenteel een tentoonstelling op Sark.

Doel van de namiddag-wandeling : Little Sark.  Dan ben ik vandaag zowat van het ene uiteinde van Sark naar het andere uiteinde gestapt.  Op Little Sark bezocht ik de restanten van wat ooit, van 1835 tot 1845, de zilvermijn van Sark was.  Veel zie je er niet meer van, enkel nog twee schoorstenen en een paar restanten van gebouwen.  De rest ligt uiteraard onder de grond, maar ik vermoed dat de boel daar ondertussen al wel helemaal ondergelopen (een groot deel van de mijnen lag onder de waterspiegel) of ingestort is.  In ieder geval heeft gans die zilvermijn-historie toen zoveel geld gekost aan de toenmalige seigneur van Sark dat dit het einde betekende van de 120-jaar durende Seigneurie van de familie Le Pelley.

Hierna bezocht ik de Dolmen van Sark, een Megalitische stenen structuur die meer dan 3.000 jaar oud is.  Men denkt dat het een vroegere begraafplaats was.  Het is maar een kleine stenen structuur hoor, maar toch wel leuk om gezien te hebben.

Eigenlijk, als je echt alles gezien en gedaan wil hebben wat Sark te bieden heeft, dan ben je wel even bezig.  Het feit dat je de meeste dingen te voet of met de fiets moet zien te bereiken zorgt er natuurlijk voor dat bezoeken langer duren dan wat je gewend bent – maar dit neemt niet weg dat er toch veel te zien is.  Dus : zou ik Sark aanraden als vakantiebestemming ? Nou, als je houdt van steden, nachtelijk vertier, drukte, spanning, … dan zou ik zeggen : misschien wel, maar niet voor langer dan een dag.  Als jij zo iemand bent dan ga je je na een dag op Sark hoogstwaarschijnlijk vervelen.  Maar hou je wan rust, kalmte, natuur, fietsen of wandelen, water, … dan is het antwoord volmondig : ja ! En dan zou ik je aanraden om minstens vier nachten te boeken (dit kan in selfcatering-zaken, in B&B’s, campings, glampings en in een hotel).  Zo kan je ieder hoekje van Sark zien.

Na de Dolmen ben ik een eindje richting Rouge Terrier gestapt (waar ik een man tegenkwam die zei dat je onderweg het eiland Wight kan zien liggen … ik denk dat hij Jersey bedoelde) waarna ik op mijn stappen terugkeerde.  Om de innerlijke mens wat aan te sterken ben ik een lekkere milkshake gaan drinken in Sark’s Little Snack Shack, een gezellige eet- en drinkplek met een prachtig uitzicht.  Moet je zeker ook doen als je op Sark bent.  Ik zag vandaag trouwens mijn allereerste kat op Sark.  Honden zijn er met hopen, katten daarentegen ...

Tegen dan was het alweer ruim na 15u dus ik keerde terug naar Sue’s B&B.  Daar zaten nieuwe gasten in de tuin, een gezin met een dochter van pakweg 12 jaar.  Ik begon aan m’n blog te werken en ik hoop daar tegen 2Ou zeker mee klaar te zijn want dan zou ik aan het Pilcher Monument graag naar de zonsondergang willen gaan kijken.  Die is daar naar het schijnt de moeite.  En daarna ga ik mijn laatste nacht op Sark in.  De tijd vliegt voorbij !

Nog twee interessante webpagina's om te bekijken : Historical Buildings & Sites en een korte tekst over de geschiedenis van Sark.